zondag, juni 14, 2009

Brussel revisited


Op het Plein van de Martelaren vertelt de gids over van alles behalve martelaren. Hij spreekt een zeldzaam verzorgd soort Vlaams en staat ver boven de stof. Zeer ver. Het groepje leraren kan het wel waarderen. We doen vandaag een lieve klas. Geen klas zo lastig als een klas vol leraren.

Op het plein is nog één andere bezoeker. Het is een ergens in Afrika gewortelde lange slanke man. Uit zijn ogen straalt bezetenheid. Een sjamaan in trance. Hij maakt gebaren met zijn armen alsof hij iets wil regisseren. De gebaren zijn vloeiend maar heel traag. Dan loopt de man door onze groep, ook uiterst langzaam. Hij loopt dwars door ons heen, niet alsof we er niet zijn maar juist omdat we er wel zijn. Hij nadert en wil door je heen. Hij wil je aura ruiken.

Het lijkt of hij tot een oordeel is gekomen. We krijgen geen voldoende. Hij wendt zich af en loopt weg naar een zijstraat waar hij het afwezige verkeer gaat regisseren. Ook wij gaan verder, naar de bovenstad, naar heel veel informatie over vroeger, toen het in Brussel nog zo ongezellig was. Aan de zwarte meneer van het martelarenplein denken we niet meer. Zou hij ons ook zo snel vergeten? Wat heeft hij geroken? En gerookt?