donderdag, maart 11, 2010

Sociaal


December 2009. Vanaf Bargeres deel ik mijn vierzit met een opa, een oma en een kleindochter. Ze gaan naar Amsterdam, dat heel ver weg is. Het meisje is slim, ze bepaalt de gang van het gesprek. Ze leest een boek. Iets met meisjes en paarden. Oma en opa zijn lief. De ouderen spreken een plat soort Drents, het meisje een bijna koket Nederlands.

Het meisje heeft het haar in vlechten achterover op het hoofd gebonden. Ze is acht, zeker niet meer. Ze gaat naar de grote stad voor Apassionata. Gaandeweg het gesprek begrijp ik langzaam dat ook dat iets met paarden te maken heeft.

De grootouders zijn zo lief dat er zowaar een kerstgevoel neerdaalt op ons kleine gezelschap. Nou ja, in mij tenminste. The milk of human kindness is buitengewoon vertederend. Dan verschijnen in het gangpad twee andere meisjes. Een lachend meisje van zes begeleidt haar zusje van twee. De kleinste kijkt gefascineerd naar het meisje van de paarden. Ze is zeer goed gekleed en straalt één en al klasse en intelligentie uit.

Het is bijna schrijnend en genant: een meisje van acht dat van paarden houdt, dat helder en slim is, legt het af tegen een peuter. Over dertig jaar leven ze verschillende levens. Is er geld voor een paard?