Boven Oosterdiep
Met de immer lachlustige Lot (1) in de kinderwagen wandelen André en ik richting Roomse kerk. Toen mijn moeder hoorde dat we in Veendam gingen logeren vroeg ze of we wilden kijken of het huis er nog staat. Het geboortehuis van mijn moeder stond aan een kort doodlopend straatje aan de overkant van het Oosterdiep, naast de Ambachtsschool waar mijn opa conciërge was. Over de brug, aan de andere kant van de weg, stond de Rooms-Katholieke Kerk. Pastoor Padberg kwam af en toe de straat over om de spelende kinderen een reep of een sinaasappel te geven. Toen de pastoor eind jaren twintig overleed gingen de kinderen naar de kerk om afscheid te nemen van 'hun pastoor'. Mijn moeder bewaart nog steeds een bidprentje. Thuis waren ze Hervormd. Mijn opa en oma vonden het best.
Het huis staat er nog. In de voormalige school zijn kantoren gevestigd. Het gebouw staat te koop. Het huis van mijn grootouders niet. Het is geel geverfd en er staat een kolossale camper voor de deur die het fotograferen ernstig belemmert. We lopen terug naar de brug, zo'n mooie ouderwetse metalen ophaalbrug zoals ze in heel Groningen nog te vinden zijn, de meeste al jaren aan ingrijpende renovatie toe. Een 'badde' zoals ze in Groningen zeggen: "Toun is e liek mit zien harsens tegen de badde an goan." Terwijl André een foto maakt van de brug fietst een oudere meneer voorbij. Hij zegt: "Wat een mooi plaatje hè!" Groningers, Veendammers, stilte en achterdocht? Integendeel. Veendam is bij vlagen van een ultieme lelijkheid, maar ik zou hier heel goed kunnen wonen. Zou het genetisch zijn?
Het huis staat er nog. In de voormalige school zijn kantoren gevestigd. Het gebouw staat te koop. Het huis van mijn grootouders niet. Het is geel geverfd en er staat een kolossale camper voor de deur die het fotograferen ernstig belemmert. We lopen terug naar de brug, zo'n mooie ouderwetse metalen ophaalbrug zoals ze in heel Groningen nog te vinden zijn, de meeste al jaren aan ingrijpende renovatie toe. Een 'badde' zoals ze in Groningen zeggen: "Toun is e liek mit zien harsens tegen de badde an goan." Terwijl André een foto maakt van de brug fietst een oudere meneer voorbij. Hij zegt: "Wat een mooi plaatje hè!" Groningers, Veendammers, stilte en achterdocht? Integendeel. Veendam is bij vlagen van een ultieme lelijkheid, maar ik zou hier heel goed kunnen wonen. Zou het genetisch zijn?
8 Comments:
dankzij u heeft marijntje het bloggen opgegeven :(
lol pieter
hou je mond is
marijn, waarom post je iets, spreek je het daarna tegen, en doet dan alsof ik t heb gedaan? das wel... naja vaag
Jongens jongens, als het zo belangrijk is, dat linkje van mij, dan zet ik het toch gewoon terug. Misschien gaan jullie mijn blogjes dan ook weer gewoon lezen.
Sorry dat ik de hoogstaande puberdiscussie op jouw pagina even onderbreek en reageer op je blogje zelf: wat een mooi verhaal! Ergens bewaart mijn moeder nog een foto van haar geboortehuis in Batavia, voorm. Onsch Indië. Het huis schijnt nog te bestaan, aldus mijn tante die er (zij wel!) geweest is. Er zit nu een bejaardenhuis in.
Ik houd van dit soort beschrijvingen van sentimental journeys, volgens mij heb ik dat al eens eerder opgebiecht naar aanleiding van één van je bloggen. Met andere woorden: ga zo voort, ik geniet ervan. Misschien begin ik ooit zelf nog wel eens een blog met dit soort verhalen. Mooi werk, Blaak! Je kunt 't (echt, zonder ironie schrijf ik dit). Buig maar even, en denk dan kortstondig aan een veer.
JV
Genetisch? Dat moet haast wel.
Een jaar of vijf geleden ging ik met onze moeder langs het Boven Oosterdiep om haar geboortehuis, dat ook mijn geboortehuis is, te zien. Ik merkte toen op dat het me wel een klein huis leek voor het aantal mensen dat er in 1948 (mijn geboortejaar) woonde: opa en opoe, onze ouders, onze twee broers, en op een gegeven moment dus ook ik, al was ik natuurlijk wel heel klein.
Ze zei: "Nee hoor, er was een voorkamer en een achterkamer, een keuken en vier slaapkamers. Groot genoeg."
Groot genoeg werd voor haar niet bepaald door het aantal vierkante meters, oftewel (mijn idee van) leefruimte, maar door het aantal vertrekken. Het was me duidelijk dat ze sprak vanuit het perspectief van toen, ongetwijfeld bepaald door wat ze tot die tijd gewend was geweest, en niet vanuit het nu. Behalve het aantal vertrekken zal vast en zeker ook de mate van harmonie waarin de bewoners samenleefden een rol hebben gespeeld. Ik vind dat een mooie gedachte.
Overigens is de brug geen 'badde' maar een 'klap'. Heb je het Groningse zakwoordenboek van Siemon Reker al gekocht?
jordans
louboutin
michael kors handbags
adidas shoes
pandora charms
north face uk
mlb jerseys
ray ban
longchamp handbags
nike outlet store
20182.6chenjinyan
Een reactie posten
<< Home