maandag, december 29, 2008

Mercurius


Bij Carla duwt de voorzienigheid me richting tijdschriftenwand: In het BBC blad The Sky by Night staat een kaartje van de avondhemel van vandaag: Op één lijn staan daar de heldere Venus, het zeer jonge maantje, en vlak boven de horizon de reus Jupiter, door de avondschemering gereduceerd tot een zacht twinkelend gevalletje. Dat is al heel mooi. Nog mooier is dat rechtsonder Jupiter de bijna onzichtbare Mercurius te zien moet zijn. Mercurius staat te dicht bij de zon. Ik loer al 36 jaar omhoog, maar ik heb hem nog maar één keer gezien.

Lopend door de wijk blijkt vanavond de bebouwing overal te hoog. Af en toe zie ik het kleine maansikkeltje in het verlengde van een straat, maar Jupiter kan ik niet vinden. Pas bij de voetbalvelden opent zich wat vergezicht. Daar is Jupiter. Mercurius is met het blote oog niet te zien. Met de verrekijker kost het me ongeveer tien seconden, maar dan is hij niet meer te missen. Ik zie Mercurius en Jupiter in één blikveld. Er zijn slechtere dagen.

Uit de flat waarvoor ik schaamteloos gewoon op de stoep door een verrekijker sta te loeren maakt zich een mevrouw los. Ik had haar al zien kijken, achter haar voorruit. Ze vraagt of ik projectontwikkelaar ben. Misschien weet ik wel wat er met dat gebouw aan de overkant gaat gebeuren. Ik moet haar teleurstellen, maar met mijn kennis van zwervende lichtjes is ze ook tevreden. Ik geef haar de verrekijker, maar Mercurius kan ze niet vinden. Ik vertel blijmoedig over Jupiter en Venus en ben stiekem gelukkig met de gedachte dat de eerste de beste mevrouw mijn zorgvuldig gevonden planeet niet kan zien.

zondag, december 28, 2008

Prrdprr



Er is geen filmgenre dat zoveel aandacht per seconde investeert als de reclame. Vertel in een minuut een compleet verhaal dat mensen overtuigt. Zoals wiewashetookalweer zei: Film is een onhandig medium om in te argumenteren, maar overtuigen gaat prima.

Er is een nieuw spotje van Audi en het is meer dan buitengewoon fraai. Let wel, ik ga er geen Audi door kopen. Misschien een plaat van Woody Guthrie. Kijk en geniet.

Four score and seven


Het boek van Simon Schama over de Amerikaanse geschiedenis is een zeldzaam genot, tot nog toe. Ik ben een bladzijde of honderd gevorderd en zit midden in de burgeroorlog. Ik kan het niet laten om naast zo'n boek op zijlijntjes te gaan zitten lezen. Hoe spreek je de naam Antietam bijvoorbeeld uit? Het komt uit een Indiaanse taal en ik heb over de uitspraak nog niets gevonden. Iemand?

Maar het leukste zijpaadje is het herlezen van Abraham Lincoln's beroemde Gettysburg address. Dat lezen kan in ongeveer een minuut, zo kort is de toespraak. Er staat een aantal tijdloze passages in, zoals de slotopmerking dat:
government of the people, by the people, for the people, shall not perish from the earth.

Maar de grappigste opmerking is de verwachting van de spreker dat zijn woorden snel vergeten zullen zijn:
The world will little note, nor long remember what we say here

Beroemdste toespraak ooit.

vrijdag, december 26, 2008

Verlies

Toen mijn vader nog rookte had hij elk jaar
bronchitis. Wij zetten de klokken gelijk.
De week in het bed eindigde vrijdag
met het formulier van de toto.

Go Ahead Eagles tegen De Graafschap,
de derby, een drie. En als je echt wat wilt
winnen voorspel je dat Ajax verliest van
Veendam.

Ik zat op de rand van zijn bed. Mijn vader
was ziek en gezellig.

Maar Ajax wint van Veendam.

Boeven


Wat weinig mensen weten: mijn allereerste (onbetaalde) aanstelling was bij de politie in Emmen. Ik was bij de bospolitie. Wat zeg ik, ik was de bospolitie, de sheriff van de Emmerdennen. Op mijn fietsje hield ik al crossend over heuvels en door bochten de criminaliteit in het bos onder controle. Boeven waren er niet. Hoe effectief!

Gisteren bleek hoezeer de boeven tijdens mijn afwezigheid hebben toegeslagen. Het tegen de woonwijk Angelslo en het ziekenhuis aangelegen stuk bos is omgetoverd tot een uitlaatplek voor blinden en bejaarden. Staatsbosbeheer heeft in het bos een familiepad aangelegd, een betonnen strook waarop twee rollators elkaar net kunnen passeren en waar informatiebordjes toelichten dat de lezer zich hier in een bos bevindt. Leugenaars!

Sommige bordjes zijn in braille. Ze staan langs de kant van het pad. Hoe je ze als blinde zou moeten vinden is een raadsel. Misschien een taak voor de bospolitie: blinde wandelaars naar de bordjes begeleiden.

Het allerergste is wel dat er bij het begin van het pad een bordje staat dat vertelt dat de Emmerdennen een heel spannend bos is, een donker woud. Het woord staat er echt: woud. Om een betere woudbeleving mogelijk te maken staan er om de halve kilometer picknicktafels. Uit luidsprekers komt het geluid van huilende wolven op gepaste afstand.

Nee, dat laatste niet.

donderdag, december 25, 2008

Gedicht, niet van de week


Mens

Mens is een zachte machine,
een buigbaar zuiltje met gaatjes,
propvol tengere draadjes
en slangetjes die dienen
voor niets dan tederheid
en om warmer te zijn dan lucht
Och, hij heeft ademzucht
en hart-arbeid.
Heeft hij een welfig lijfje,
hier en daar wat vetjes,
dan vindt hij iets niet netjes
en noemt zichzelf een wijfje;
bovenin zijn haarkleedje
draait hij dan vaak springveren.
Daar kan hij niet mee leren;
ze dansen alleen een beetje.
Het leren gebeurt in een kastje;
je mag dat niet openmaken,
wel teder, teder aanraken,
maar de rest van het zotte bastje
blijft ingepakt en bewaard,
want als het zich bepoedert,
ontwatert of ontvoedert,
ontroert, ontstemt, onthaart,
dan kruipt het een hokje in.
Een deurtje gaat op slot,
en het loopt niet naar buiten tot
het kleertjes heeft, kalmte, en zin.
Maar soms voelt het zich zoet;
het bekje prevelt ‘trouwen’,
het gladde buikje moet
een nieuw machientje bouwen.
God behoede de mens
en geve hem een zoen:
er is verder niets met hem te doen.
Streel zijn zoete pens,
want mens is een zachte machine,
een ingewikkeld liefje.
Verzilver zijn statiefje,
leid hem in een vitrine,
doe bij hem een lichtje aan.
Loop zachtjes om hem heen en
ga elders om hem wenen,
maar laat hem staan.

Leo Vroman

woensdag, december 24, 2008

Op naar Tallinn


Niet helemaal doelloos zappend op het wereldwijdeweb kwam ik op de weblog van Plinius. Nee, niet Gaius Plinius Secundus maior en ook zijn neef niet, want die liggen er al weer een tijdje onder, maar Plinius Anonimus uit Stoke Newington. Dezelfde.

Ooit hoorde ik Ben Okri vertellen over de herinnering van plekken. Ik kon mij daar, zonder er iets van te begrijpen, veel bij voorstellen. Bij Plinius gaat het om de plek waar de zone uit Tarkovsky's Stalker ligt. Die plek heeft een magische aantrekkingskracht op Tarkovsky-liefhebbers, en dat moet wel zijn vanwege de herinnering die de plek in zich draagt. Waarom wil je op de plek zijn die model stond voor de puur fictieve zone uit de film Stalker? Omdat de plek herinneringen heeft aan de tijd toen ze zone mocht zijn, magisch mocht zijn. Via magie tot magie.

Nee, zo dom is dat niet. Er gaan jaarlijks drommen mensen naar Dublin, vanwege de reïficatie van Ulysses. Tarkovsky's zone is in tenminste één betekenis een stuk reëeler dan het Dublin van Joyce.

dinsdag, december 23, 2008

Cahiers du Cinéma


Het is lijstjestijd. De koning van de serieuze filmtijdschriften, die al regeerde toen ik, om met collega V. te spreken, 'nog vloeibaar was', pakt de zaken serieus aan: 100 films pour une cinémathèque idéale.

Wat meteen al heel goed is aan zo'n lijst, die iedereen wel ergens tegen de schenen moet schoppen, is dat er geen recente films op staan. Terecht, een lijst tegen de mode. Er staan ook geen Engelse films op, zelfs Brief Encounter niet. En er staan geen Aziatische films op, klassiek Japan natuurlijk uitgezonderd. Nu moet ik eigenlijk een lans breken voor de Iraanse film, of de Azerbeidjaanse, maar ja, te recent, te modieus.

Eerst de top drie, en dan twee dingen om blij van te worden. Op één, onvermijdelijk: Citizen Kane en ex aequo op twee La Règle du jeu van Jean Renoir en, tromroffel, tot nog toe is het gesneden koek, meer tromroffel, wat een saaie lijst wordt dit, nee, kijk nou toch, helemaal niet, roffel roffel, daar komt ie dan: The night of the hunter van Charles Laughton. Niet gezien? Dat gaan we regelen. Mooie lijst, dit. Ik heb, sprak de spreker vol trots, 41 van de 100 in de kast staan.

Twee dingen om blij van te worden: de enige recente Europee film op de lijst is Pialat's Van Gogh. De grootste verrassing op de lijst is Cimino's The Deer Hunter. Op vijftien, nog voor L'Avventura en Andreï Roublev. Schande! Ik kan er wel om lachen. Al blijft het schandalig. Grijns.

maandag, december 22, 2008

Kerstkaart


Bob komt langs met zijn Sony baksteen. Er moeten filmpjes van het lustrum in mijn appeltje geladen worden voor op de dvd. We sluiten de camera aan en slaan aan het draaien. Zwaar werk is het niet, je kunt er gezellig bij kouten en ook nog de post van de mat halen.

Op de mat liggen twee kerstkaarten. Ik zet me weer achter het scherm naast Bob en open de eerste enveloppe. Een kaart van Bert en Ineke Boon, met een mooie foto voorop, misschien wel door Bert zelf genomen. Ik laat Bob de kaart zien en vertel dat wij nooit kerstkaarten sturen en dat het toch bijzonder is dat we ze jaar in jaar uit maar blijven krijgen.

Ik open de tweede enveloppe en trek er een kaart uit met een foto van berijpte bomen boven een helder verlicht poorthuis aan de Wassenaarseweg. Ook een winterlandschap, ook een mooie foto, genomen door de afzender. Ik draai de kaart om.

Bob lacht.

Het zwijgen


Een film die in Drenthe is opgenomen, daar beginnen we zeer welwillend aan. Het eerste deukje wordt geslagen door meneer Beerta, een vervelende overdreven karikatuur van een ouderwetse directeur van een volkenkundig instituut. Noem die man geen Beerta, alstjeblieft zeg. Je bent Voskuil niet. Het Meertens-Instituut wordt vervolgens expliciet vermeld.

De hoofdpersoon komt in het altijd grijsbruine zompige Drenthe als allereerste een veerman met een trekpont tegen. Tegen betaling zet hij je over naar ..... ja hoor, het kerkhof. Is er ook een hellehond? Ha, Cerberus blaft al!

Er is iets met een liedje. Er is iets gebeurd, iets heel ergs, en het liedje vertelt wat. Het lied is niet om aan te horen, maar we moeten het een keer of tien doorstaan. En als het eindelijk is afgelopen en er niets is opgelost nog een keer. Ik kijk altijd naar de aftiteling, maar dit keer niet.

Het speelt in Koekange maar is opgenomen in het Veenmuseum te Barger-Compascuum. Dat is een heel ander landschap dan bij Koekange. Weten de makers veel. Ze waren nog nooit in Drenthe geweest.

Er is één buitenlandse recensie op imbd, in het vakblad Variety:

A silly "Wicker Man"-style mystery taking itself far too seriously, "Song From the Other Side" reps a lukewarm sophomore entry from Andre van der Hout, sharing helming duties with d.p. Adri Schrover. An old murder still grips a remote village 70 years later, but the helmers can't decide whether the supernatural is to blame, consequently leaving loose ends -- and viewer interest -- trailing behind. Overall blandness, combined with an incessantly repeated annoying tune, means this dirge won't be heard outside local cinemas.

Goed gezien! Zullen we zeggen dat je geen films meer mag maken die over Drenthe gaan als je eigenlijk geen greintje verstand van de provincie hebt? Afgesproken.

zondag, december 21, 2008

Wachten

Of er al iets was geweest,
ze wisten het niet.

Ze keken langs de weg het dal in
waar het zou komen, daar
van tussen de huizen en verder
van de overkant, ja,

van over de heuvel.

Ze hadden geslapen. Even
vreemde als bekende vragen
bleven hangen.

zaterdag, december 20, 2008

Meijerswegje

André zocht een week geleden naar een gedetailleerde kaart van Leek. Ik mopperde tegen hem over de kruideniersmentaliteit van de Nederlandse stafkaartfabrikanten. Nee, niet online zetten, dan verkopen we minder. Engelse en Amerikaanse stafkaarten staan integraal en gratis op het www. Terwijl ik al bellend mopperde vond ik de website watwaswaar. Wie schetst enzovoorts.

De nieuwste kaarten op watwaswaar zijn zo'n tien jaar oud, maar dan heb je wel een compleet overzicht van alle topografische kaarten schaal 1:25000. Mooi is vooral dat je diep in de geschiedenis kunt terugkijken:



Dit is de Angelsloërdijk in Emmen, op de stafkaart van 1930. Wat ik er zo mooi aan vind is dat mijn geboortehuis er niet opstaat. Dat werd pas eind jaren vijftig gebouwd, aan het Meijerswegje, dat hier ook nog nergens te vinden is. Met enige overdrijving kan ik nu zeggen dat ik in een weiland geboren ben, net links van die zwarte twintig.

Heel stout


Vooral te onpas roep ik tegen wie het niet wil horen dat ik Rembrandt maar een prutser vind. Dat staat heel stoer en is heel stout. De vorige keer dat ik in het Mauritshuis was verdrongen zich tientallen Aziaten voor het meisje met de paarlen oorring van Vermeer. Gisteren stonden ze er nog steeds. Bij Rembrandt was geen Japanner te bekennen. Zou Vermeer in Japan hoger worden geacht dan Rembrandt? Ben ik eigenlijk ook een Japanner? Nee, het komt door die stomme film met Scarlet.

De interessante vraag is of ik ook gelijk kan hebben. Waarschijnlijk niet; mijn opmerking dat ik Rembrandt's portret van Homerus gewoon niet mooi vind wordt weggewuifd. Het gaat niet om mooi. Jammer genoeg ontbreekt het prachtige portret van een oude man. Die man zie je inderdaad zo opstaan om nog een borrel in te schenken. Als esthetisch criterium hebben we daar echter weinig aan, omdat het ook geldt voor veel zeer matige schilders. Wie wel eens in Workum is geweest weet wat ik bedoel.

Er is één vertrek in het Mauritshuis waar een Memling hangt, en een Holbein, en een Rogier van der Weyden. Als je me ergens wilt opsluiten, doe het dan maar daar.

Het gaat wel om mooi.

p.s.: Maar, zei Willemijn, daar heb je toch al eerder over geschreven? Inderdaad, hier. Een jaar geleden, bijna op de dag.

donderdag, december 18, 2008

Help, verzuipt!

Ergens op de treurbuis komt opeens Martine Bijl voorbij. Niet met Hak maar met krulletjes. Ik zeg: "die had toch stijl blond haar vroeger?" Willemijn zegt: "dat is met een korte ei".

Martine Bijl met steil blond haar en bloedje jong en bloedje mooi onschuldig: Ik duw Help, de dokter verzuipt in de dvd-spelert. Help is één van de vreemdste films uit de vaderlandse rolprentengeschiedenis. Nicolai van der Heyde maakte slechts een handvol films en was een volstrekt eigenzinnig talent. In Help leidt dat tot een bijna plotloze en volstrekt stabiele film vol absurde humor. Serieus en volstrekt belachelijk in de goede betekenis.

Het begrip 'on-nederlands' is enigszins vermoeiend, maar in dit geval wel zeer toepasselijk. Nederlanse film is meestal bloedserieus of moddervet, één van de twee. Help de dokter verzuipt is het perfecte tegendeel: surrealisme met een lichtvoetige knipoog. Het is één van de beste films ooit gemaakt in ons landje.

Kom je het schijfje tegen, bij de Blokker of zo, voor twee euri vijfennegentig, aarzel niet.

woensdag, december 17, 2008

Foutje

Edmund W. wil een woensdaggedicht. Edmund is een trouwe lezer, maar een woensdaggedicht is voor lesweken. Niettemin, een gedicht kan geen kwaad. Dit is geen officieel gedicht van de week. Het is ook niet van een dichter.


Er is iets fout gegaan.

Eigenlijk ben ik een ochtendmens.
Om al die vrolijkheid wat te beteugelen
ga ik tegenwoordig extra laat naar bed.

Laatst kocht ik zelfs een telescoop om
het nachtleven wat zin te geven, maar
de sterren zijn al jaren aan ‘t verdwijnen.

Ik kijk omhoog en zie het schijnsel van de stad,
het licht van de lantarenpalen doodgeslagen
tegen laaggehangen zwarte nachtgordijnen.

Tegen de tijd dat in het oosten kleur komt
en ik moet slapen gaat het al niet meer. Er
wordt een jongen in mij wakker die uitgelaten
wil. Doodmoe sjok ik er achteraan.

dinsdag, december 16, 2008

Hedda Gabler


Hedda Gabler is één van de weinige grote vrouwenrollen op het toneel. Hedda verveelt zich. Er zijn maar weinig toneelstukken die zich in drie woorden laten samenvatten, maar dit is er één: Hedda verveelt zich. De voorstelling van vanavond bij het Nationaal Toneel laat zich zelfs in één woord samenvatten: verbluffend.

Met het suïcidale pistoolschot aan het begin, dat bij Ibsen pas aan het eind komt, is de toon gezet; Hedda schiet zich door het hoofd, staat een minuut met open mond bevroren nog niet dood te gaan, en gaat dan met een sardonisch glimlachje weer zitten, wijdbeens, uitdagend, geil zonder opwinding, want opwinding bestaat niet. Pesten wel.

Ik ken het stuk van Ibsen niet, en dat is misschien maar goed ook. Wat we zien is cynisme en verveling op de spits gedreven, maar zonder enige overdrijving, zonder effectbejag. De grote waanzinnige scene in het midden is een feest voor oog en brein. En wat bijzonder is, daarna wikkelen we niet af, maar volgen er nieuwe hoogtepunten.

Ik moet toch maar Ibsen lezen en dan het stuk nog een keer zien. Niet om te begrijpen. Begrijpen is onzin.

Om opnieuw te zien, maar dan anders.

maandag, december 15, 2008

Koets


Er rijdt een open koets door de straat. Zo'n ding heeft een bepaalde naam, maar die kent bijna niemand meer. Op de bok achter de beide paarden zitten twee politiemannen met lange zwarte jassen. De met ijzer beslagen houten wielen ratelen over de steentjes. Twee meisjes uit de brugklas maken een proefwerk, net als iedereen in het lokaal. Ze kijken op, zien de paarden en beginnen te glimlachen. Ze blijven kijken en stil lachen. Ik kan de koets niet meer zien, maar zij nog wel. Ze vergeten voor een halve minuut hun werk, rekken hun halzen, en kijken de paarden zo lang mogelijk na, alles volstrekt synchroon. Dan kijken ze naar mij, zien dat ik naar hen zit te kijken, reageren verschrikt en gaan gauw weer aan het werk.

zondag, december 14, 2008

Conductrice


Het is na elven. Nemen we de intercity of de stoptrein? Ze zijn nagenoeg gelijk in Den Haag. De stoptrein gaat eerder weg. Ach, dan rijden we tenminste. Een biertje in de Paas, dat hebben we wel verdiend.

De trein remt langzaam af voor station Delft-Zuid. De klapdeur die de gegoede burgers van klasse één moet scheiden van de treurige voetbalsupporters zwaait open. De deur wil harder dan de trein. Dat duurt een minuut en dan staan we opeens heel abrupt stil. De deur zwaait dicht. Minuten lang gebeurt er niets.

Dan komt een damesstem over de intercom met de medeling dat er aan de noodrem is getrokken. De jongen tegenover me heeft het vaker meegemaakt: Dat kan wel een tijdje gaan duren. Even later lopen twee conducteurs gehaast door de coupé. De dame zegt dat ze het nog niet weten. Ze draait met een sleutel aan onze noodrem. We blijken onschuldig.

In de vijf kwartieren die volgen gebeurt er even veel als weinig: het was de noodrem niet. Zes treinen halen ons op het verkeerde spoor in. Het was wat anders. Zondag begint. Er komt een trein achter ons om ons te duwen. We voelen dat er gekoppeld wordt. In café De Paas gaat het licht al bijna aan.

Een kwartier later meldt de damesstem dat de treinen elkaar niet zo liggen: de duwer heeft het mankement van onze trein overgenomen. We mogen door de voorste deur het perron van Delft-Zuid op en zullen dan aan de overkant gered worden door een andere trein. Spoor 2 van Delft-Zuid vult zich met reizigers. Willemijn mompelt dat die trein van ons zometeen op spoor 1 zal binnenrijden.

Na nog een kwartier komt onze conductrice aan de overkant het perron op lopen. Als een volleerd actrice, van het publiek gescheiden door een tweetal sporen, staat ze alleen op het perron en neemt het woord: de trein doet het weer. Het publiek begint te morren. De conductrice hoeft haar stem maar weinig te verheffen: Als we eerst even luisteren voordat we gaan klagen gaat het beter. Aanwijzingen voor het vervolg van de reis volgen. En nu allemaal naar spoor 1. En niet over het spoor, maar netjes de trap op, het viaduct over, en met de trap weer naar beneden. Ja mevrouw.

De trein rijdt voor. Om twee uur zijn we thuis. Geen braver volk dan teleurgestelde voetbalsupporters.

zaterdag, december 13, 2008

Messiah


De Messiah in de Kloosterkerk. Gerda's koor, het Residentie Kamerkoor, zingt, het Concerto d'Amsterdam speelt, een viertal deels buitenlandse zangers soleert. Ik moet iets bekennen. Ik vind de Messiah een stuk van niks. Vond.

Nou ja, het duurt wel lang voordat het echt begint, het is een tekstueel rommeltje, en muzikaal hangt het zo af en toe van effectbejagjes aan elkaar. Hoe sloop je een prachtige aria? Door het niet drie maar zesendertig keer te herhalen: He was despised. Ja hoor, we hebben het, bedankt.

Maar als je het zo zeker, zo 'in your face' uitvoert als vanavond, met zo'n prachtige sopraan en alt en vooral zo'n prachtig zeker koor, een koor dat zowel heel hard verstaanbaar als heel zacht verstaanbaar zingen kan, ja dan worden al die mooie melodieën hemeltergend mooi en vergeef je Händel verder alles.

In de pauze noem ik Kathleen Ferrier. Beute heeft geen flauw idee over wie het gaat. Een oude dame in de rij voor de koffie kijkt ons belangstellend aan. Ik zeg: "Mevrouw, deze jongeman hier weet niet wie Kathleen Ferrier is." De dame schrikt zichtbaar en zegt: "Echt niet?" Later wijst een korte steekproef uit dat het verschil tussen wel en niet weten ruwweg samenvalt met mijn geboortejaar.

Als je niet weet wie Ferrier is moet je dit bezoeken. En dit. Je kunt ook een oud blogje lezen, want ik schreef al eerder over haar.

Ik zei 'moet'. Hup hup!

vrijdag, december 12, 2008

Oliveira



De film heet Singularidades de uma Rapariga Loira en wordt op dit moment in Portugal vervaardigd. En wat is daar zo bijzonder aan? Dat hij wordt geregisseerd door de grootste filmmaker van het Iberisch schiereiland. Geloof het of niet, Manoel de Oliveira is vandaag 100 jaar geworden. Tijd om stil te zitten is er niet. Die film moet af: Manoel de Oliveira celebra seus 100 anos com mais um filme. Op YouTube staat dit mooie felicitatiefilmpje voor de grootmeester van het statische shot: Douro, de rivier waaraan Manoel een eeuw geleden werd geboren.

Googolplex


Brugklassers willen één keer per jaar weten hoe je grote getallen uitspreekt: miljoen, miljard, biljoen, biljard, triljoen, triljard en wat dan, nou, wat dan, wat dan, zeg dan zeg dan zeg dan ...

Tja, wat dan? Tegenwoordig zijn we gezegend met internet op het bord. Daar staat de lijst al op de muur te lezen, als, hoe toepasselijk, een didactisch verantwoord mene tekel. Een telspel: Quadriljoen, Quadriljard, Quintiljoen, Quintiljard , Sextiljoen ... Hier moet een beetje brugger een beetje lachen.

Onderaan de lijst staan de meest intrigerende: de googol en de googolplex. De googol is een 1 met 100 nullen er achter. De googolplex is een 1 met googol nullen er achter. Drie jongetjes pakken een lege bladzijde in hun schrift en beginnen als gekken rondjes neer te pennen. Die googolplex zullen ze eens even knippen en scheren.

Ik lees voor wat er staat: Aangezien het aantal cijfers in een googolplex gelijk is aan een googol+1, is het onmogelijk om het getal googolplex in het decimale talstelsel uit te schrijven, omdat men nooit genoeg materiaal ter beschikking zou hebben: Er zouden per atoom in het heelal minstens 10.000.000.000.000 cijfers moeten worden genoteerd!

Daar lachen ze om. Gewoon een beetje doorschrijven. Vandaag kwamen ze trots acht blaadjes laten zien met een 1 met ongeveer duizend nullen er op. Bijna op de helft meneer.

Gewogen en te licht bevonden. Het is ook niet te vatten, groot zijn.

donderdag, december 11, 2008

Landjepik


De onvolprezen blog Strange Maps mocht onlangs haar tienmiljoenste bezoeker verwelkomen. Bij wijze van cadeautje plaatste de vooralsnog naamloze blogmaster tien rare kaarten in één keer. Wat een feest! De mooiste kaart is die van de eliminatie van Duitsland. De reden achter de grenzen op de kaart, die overigens door Duitsers is vervaardigd, is niet bekend volgens Strange Maps. Je zou denken dat het een Nederlands grapje was, vooral gericht tegen onze zuiderburen. De werkelijkheid is simpeler: omdat Engeland niet aan Duitsland grenst is de Britse bezettingszone aan Nederland gegeven.

De kaart is overigens realistischer dan je denkt. Ik bezit een overdruk van een illegaal vlugschrift dat aan het eind van de oorlog werd verspreid, waarin serieus wordt voorgesteld om de oppervlakte van ons land te verdubbelen door annexaties in het oosten. Het gaat om een versie van het plan Bakker-Schut:




Merk op dat het deel van Duitsland dat in grijs is afgedrukt ook hier overeenkomt met de Britse bezettingszone.

Uiteindelijk kwam het in 1949 tot een annexatie van achttien stukken land met een totale grootte van 69 vierkante kilometer, een speldeprik op de kaart hier vlakboven. De belangrijkste bewoonde gebieden werden door de Duitse overheid in de jaren zestig weer teruggekocht.

woensdag, december 10, 2008

Gedicht van de week IV


Herkenning

Nu weet ik, wie gij zijt,
de Jongen die ik eenzaam zag te Woudsend en daarna,
nog op dezelfde dag, in een kafee te Heeg.
Ik hoor mijn moeders stem.
O Dood, die waarheid zijt: nader tot U.

Gerard Reve

dinsdag, december 09, 2008

Smallacombe


Wat een landschap! Ik ben hier twee keer geweest, de eerste keer in 1965 toen ik vijf was, de tweede keer in 1973 of daaromtrent. Mijn vader had via een bureau dat huizenruil organiseerde voor het onderwijs het mooiste huis van Cornwall geregeld. Ik overdrijf slechts licht. De familie uit Launceston bracht ondertussen een maand door in ons huis in Emmen. Twee vriendinnen van de dochter des huizes mochten mee, en daarvan woonde er eentje op Smallacombe, een grote boerderij in de buurt van Launceston.

Behalve door de verschillende dominees in Launceston werden we natuurlijk ook door de ouders van het meisje op de thee gevraagd. Jaren later, toen we weer in de buurt waren, herhaalde zich dat ritueel, nu minus dominee's.

High Tea. Dat is geen thee met scones, boter en marmelade, zoals je het langs de weg kunt bestellen. High tea is een maaltijd waarbij werkelijk alles uit de kast wordt getrokken. Ik herinner me dat vooral van de tweede keer. Van het eerste bezoek aan Launceston herinner ik me vooral het dochtertje van de dominee, een jaar jonger dan ik, die bij ons vertrek bleef roepen:

Frank, come back and see me again.

Dat is inmiddels wel verjaard. En Smallacombe is tegenwoordig voor iedereen toegankelijk. Jammer.

maandag, december 08, 2008

Wind

Dat je Larkin wilt vertalen in een taal
die je niet kent, bijvoorbeeld in je eigen woorden.
Je neemt van wat je niet begrijpt
het meest vertrouwde.

Dat het niet gaat over een dag waarop
het gaat waaien.

Het gaat over het flapperen van pasgewassen
kleding aan een lijn, over het klepperen
van een staldeur, over vee dat in de stal
geen rust kan vinden.

Over de vreemde rust van de gedachte
dat je zelf niet weet wat het is en dat er
geen conclusie is en geen vervolg en dat
het hoe dan ook wel verder gaat.

Knielen aan wateren vol van vergeving.

zondag, december 07, 2008

Guido


Had ik al verteld dat ik in de Sponsor-Bingo-Loterij twee seizoenskaarten voor ons vakkie VV heb gewonnen? Ik heb in de Sponsor-Bingo-Loterij twee seizoenskaarten voor vakkie VV gewonnen. Ik heb opeens vrienden.

Vandaag gingen Guido en zijn vader mee. Guido is het neefje van vriend Beute. Guido is zes. Tussen de woedende schreeuwende stampende meute van vanmiddag is dat best wel klein, zes. Guido keek zijn ogen uit en zag een onthutsend zwak Feyenoord verliezen van de Blauw-Witten uit de Achterhoek. Het legioen smeet massaal met programmaboekjes en floot de werkschuwe veelverdieners op het veld de catacomben in. Oprotten, wegwezen, allemaal. Straftraining!

Ingeklemd tussen de wachters op de tram, als een kwetsbaar kalfje tussen veel te grote bange buffellijven, vond Guido het enige positieve antwoord op zoveel ellende:

Nu moet ik nog een keer mee.

zaterdag, december 06, 2008

Mime


Winkelcentrum op zaterdagmiddag. De eigenlijk helemaal niet zo vriendelijke straatkrantverkoper, daar ben ik aan gewend. Je maakt een praatje en koopt een krant. Dat hoort zo. De eveneens uit het oosten weggedwaalde muzikanten kan ik ook heel goed aan. Ze zijn vrolijk en maken aardige muziek op rare instrumenten. Als je een muntje in hun bakje gooit kijken ze je aan alsof je zojuist hun hele familie van de ondergang hebt gered. En terecht.

Maar vandaag zitten er op het bankje bij de notenzaak een jongen en een meisje roerloos te doen. Hij in zwart pak, zij in een vale witte jurk en met een witgeschminkt gezicht. Stilzitters met een geldbakje voor zich op de grond. Mimespelers. Als ik voor de tweede keer langsloop zitten er naast het witte meisje twee bijna kaalgeschoren pubers op het kleine bankje. Een derde staat vlak voor haar en maakt intimiderende gebaren. Het mime-meisje kijkt omhoog om niets te hoeven zien.

Even later zie ik het pak en de jurk in een auto stappen. De witte gezichten staan op onweer. Heel overtuigend. Wat zou er gebeurd zijn in die paar minuten dat ik een krantje kocht bij Carla?

Wat mij betreft vroegen ze er om.

vrijdag, december 05, 2008

Ameland


Tijdens de koffiepauze werd vandaag het koffieapparaat vervangen. Perfecte timing. De echte verslaafden raakten in rep en roer, en eigenlijk was iedereen wel wat van slag. Om de pijn wat te verlichten vertelde ik wat ik wist van het vreemde Sinterklaasfeest op Ameland. Het leek enigszins op het volgende:

Niemand weet hoelang deze gewoonte al bestaat, maar op Ameland gaan in Hollum op 4 en 5 december zodra het begint te schemeren, de 'banevegers' rond en 'vegen de straten leeg' met een bezem. Ze zijn gekleed in witte gewaden en ze dragen vaak een wit doek als masker. Deze demonische figuren jagen vrouwen, kinderen en jongeren onder de achttien naar huis. Als de 'banevegers' ze later nog in het donker op straat aantreffen, dan worden ze zonder pardon afgerammeld. Dat gebeurt met de versierde stok die deze sinterklazen, naast een koehoorn, bij zich dragen. De mannen zijn onherkenbaar vermomd, ze loeien en grommen tegen elkaar en voelen door middel van een handdruk of er ook 'ondermaatse', te jonge sinterklazen tussen zitten. Wordt er één ontdekt, dan waarschuwen de rechtmatige 'klaasomes' elkaar door op de hoorns te blazen. Ze verzamelen zich dan rond de boosdoener. Valt hij inderdaad door de mand, dan is de straf niet mals. Meestal wordt hij, net als de vrouwen die de 'banevegers' tarten, hard geslagen of in een gierput gegooid. Tussen half acht en acht uur is de straatban even opgeheven om de vrouwen de gelegenheid te geven naar de 'goed-in'-huizen te gaan, waar ze zich verzamelen om de komst van de 'klaasomes' af te wachten. Die komen dan binnen en gebruiken de stok om aan te geven wat ze van een door hen uitgenodigde vrouw verwachten: wordt de stok horizontaal gehouden, dan moet zij eroverheen springen. Slaat de stok voor haar voeten, dan moet de vrouw dansen. De bont geklede en volkomen onherkenbare mannen rusten graag even uit op de schoot van een vrouw of meisje. De deelnemers zijn "weken van tevoren met hun pak bezig en het is de kunst om die avond onherkenbaar te blijven. Omdat in de gemeenschap van Hollum over Sun-neklaas niet gepraat wordt en er geen concessies worden gedaan aan de moderne tijd, heeft het de oorspronkelijke woestheid en geheimzinnigheid behouden.

"Ja", zei Suzanne, die uit Zwitserland afkomstig is, en zelfs het Nederlands over de tong laat rollen alsof het onbedingd moet zingen en rekken en strekken, "dat ken ik ook." En inderdaad:

Opmerkelijk is dat ook in sommige afgelegen dalen in Zwitserland rond 5 december een gebruik is blijven bestaan dat overeenkomt met de Amelandse sunneklaastraditie: onherkenbaar vermomde mannen zitten daar met roedes en bezems vrouwen en kinderen achterna en gaan van huis naar huis.

donderdag, december 04, 2008

Amaryllis


Ik belde Jaap: Heb jij de tekst van Amaryllis? Hij zei: Ik wou dat ik die had.

Amaryllis is in onze familie een begrip. Het is het ultieme sinterklaasgedicht. Het cadeau voor mijn moeder zal wel een bol van de desbetreffende plant zijn geweest. De plant is dood, maar het gedicht leeft voort, zij het in afgebladderde vorm, want het is zoek en moet het doen met flarden herinnering.

Het gedicht beschreef mogelijke betekenissen van het woord Amaryllis, om uiteindeljk uit te komen bij de plant, een ding dat alleen maar mooi en stil is.

Ik herinner me behalve de frase: een smeersel dat een zegen voor iedere bil is, slechts één coupletje:

Je werkt in De Bilt bij het KNMI
als specialist in windkracht drie.
En de wolkenformatie waarbij er zwaar weer op til is:
Amaryllis.

Richard Long


Tussenuur.

Richard Long is de belangrijkste conceptuele landschapskunstenaar sinds het verscheiden van Robert Smithson. Vergeet Christo, de inpakartiest. Richard Long rules! Long maakt cirkels van modder en steen om in musea neer te leggen, en hij maakt lijnen en cirkels en wandelingen in dwingende vorm en even dwingende beschrijving in het echt. In de wereld.

Een wandeling over alle paden in een cirkel in Devon.

Een geluidscirkel, die vertelt wat hij hoorde tijdens een cirkelvormige wandeling in Somerset.

Een lijn door het land met vermelding van wat er op het pad is te vinden, elke tien mijl.

Een andere cirkelvormige wandeling met veertig vermeldingen van windrichting.

Het is niks en het is prachtig.

Wat ook mooi is: als je Richard Long opzoekt in het telefoonboek van de VS krijg je de kaart van een honderdtal Richard Long's, onregelmatig verdeeld over het land.

Oh onvolprezen nutteloosheid!

woensdag, december 03, 2008

Gedicht van de week III


Vertrek van dochters

Ze moesten inderdaad gaan, ik had het gezien
aan hun gezichten die langzaam veranderden
van die van kinderen in die van vrienden,
van die van vroeger in die van nu.

En gevoeld en geroken als ze me kusten,
een huid en een haar die niet meer voor mij
waren bedoeld, niet zoals vroeger,
toen we de tijd nog hadden.

Er was in ons huis een wereld van verlangen,
geluk, pijn en verdriet gegroeid, in hun
kamers waarin ze verzamelden wat ze mee
zouden nemen, hun herinneringen.

Nu ze weg zijn kijk ik uit hun ramen en zie
precies datzelfde uitzicht, precies die
zelfde wereld van twintig jaar her,
toen ik hier kwam wonen.

Rutger Kopland

dinsdag, december 02, 2008

Vallen


Ik fietste vannacht over een smalle weg, eigenlijk meer een richel van hout, toen ik werd ingehaald door een wat oudere wielrenner in een kleurige rennersoutfit. Ik vroeg me af hoe hij er in was geslaagd me te passeren, vooral omdat ik de richel gevaarlijk smal begon te vinden. Na een paar bochten was er van een weg geen sprake meer. De fiets verdween en ik moest me met alle handen en voeten vasthouden om niet naar beneden te vallen. Onder me was water, een groot bassin. Ik kon me gewoon laten vallen, maar ik bleef me uit alle macht vastklampen.

De angst om te vallen is simpel verklaard: onzekerheid, controleverlies. Neem het woord onstabiliteit, geef het een figuurlijke betekenis, et voilá! Zou het echt zo simpel zijn? Volgens Freud heeft het met sex te maken. Joh, echt? En wat te denken van het volgende:
According to biblical interpretations, dreams about falling have a negative overtone and suggest that man is acting and walking according to his own way of thinking and not those of the Lord.
Dat geeft te denken. Gelukkig ging de reis nog verder: er was iemand aan het werk op de bovenverdieping die onbetrouwbaar was, maar toch wel te vertrouwen. Het huis werd een klein schip, modelletje sleepboot. De zee onder ons was ruw, het schip danste wild op de golven. Ik stond, let wel, stond te wachten op de eerste tekenen van zeeziekte, maar die bleven uit. De wilde vaart voerde naar de kust, waar de kapitein zijn dansende boot vakkundig aanmeerde. Al die tijd stond ik rechtop en genoot van mijn gebrek aan angst.

Hoezo onstabiel?